In deze reeks vertellen verpleegkundigen over hun job op een minder voor de hand liggende plaats. Laura (29) is verpleegkundige in de brandweerkazerne van Leuven.
‘Als tiener wilde ik rechercheur worden. Een beetje actie en avontuur, daar houd ik wel van. (lacht) Uiteindelijk heb ik voor verpleegkunde gekozen. Het sociale aspect sprak me aan, net zoals het klinisch denken en de technische kennis die van je verwacht wordt. Als verpleegkundige heb je ook best een spannende job – zeker wanneer je op de spoeddienst werkt, zoals ik enkele jaren gedaan heb. Ik deed dat heel graag, maar ik ben iemand die regelmatig nieuwe uitdagingen nodig heeft. Toen ik zag dat ze bij de brandweer nieuwe mensen zochten, was ik meteen nieuwsgierig.’
Medisch vervoer
‘De brandweer doet meer dan branden blussen. Mensen vergeten dat soms. Reddingsacties op hoogte en in de diepte, ongevallen met gevaarlijke stoffen, dieren uit het water halen… Brandweerlieden moeten ongelooflijk veel kennen en kunnen. ‘
‘Daarnaast wordt de brandweer ingeschakeld voor dringende geneeskundige hulpverlening. In onze kazerne hebben we daarvoor twee ziekenwagens klaarstaan, waarvan één ambulance die wordt bemand met twee ambulanciers, en één ambulance die overdag als PIT (Paramedisch Interventie Team) wordt ingezet in samenwerking met de spoedverpleegkundigen van Gasthuisberg.’
‘Zelf voer ik geen brandweertaken uit, maar ik rijd wel regelmatig mee uit op onze ziekenwagen die niet als PIT fungeert. We hebben staande orders die door onze korpsarts worden uitgeschreven. Die staande orders geven aan binnen welke situatie bepaalde medicatie mag worden toegediend zonder dat de arts effectief op de plaats van de interventie aanwezig is. Een hulpverlener-ambulancier mag dat immers niet doen zonder toestemming van het MUG-team of een aanwezige arts. Op deze manier kunnen we vaak patiënten sneller pijnstilling geven, of andere levensreddende handelingen uitvoeren.’
Mee met de ambulance
‘Dat medische vervoer is binnen de brandweer een steeds belangrijkere taak aan het worden. Voor de coördinatie en het beleid daarvan was hulpverleningszone Oost-Vlaams Brabant op zoek naar een verpleegkundige, en op die vacature heb ik twee jaar geleden gesolliciteerd. Intussen heb ik versterking gekregen van twee collega’s. Samen proberen we een overkoepelende visie uit te werken en te kijken waar de noden liggen. Dat gaat van het aankopen van het juiste materiaal tot een goede communicatie met andere hulpverleningszones, lokale spoedgevallendiensten en andere partners waar we mee samenwerken.’
‘Onze functie is relatief nieuw, toch in deze hulpverleningszone. In de hulpverleningszones in Limburg zijn de hulpdiensten er al langer mee bezig. In ons land rijden nog veel ziekenwagens uit met enkel ambulanciers. Dat is jammer, want een verpleegkundige aan boord is duidelijk een meerwaarde, merken we.’
‘Ambulanciers zijn meestal als eerste ter plaatse. Zij moeten een inschatting maken van de situatie en aan de noodcentrale doorgeven welke bijkomende hulp er eventueel nodig is. Er wordt veel van hen verwacht en ze dragen een grote verantwoordelijkheid, terwijl ze medisch veel minder geschoold zijn dan verpleegkundigen. De aanwezigheid van een verpleegkundige neemt voor een stuk de druk op hun schouders weg. Daarom zijn we gestart met het aanwerven van verpleegkundigen voor onze ziekenwagens. Onze ambulanciers kunnen bijleren op het werkveld én onze ziekenwagens leveren meer kwaliteitsvolle zorg.’
De adrenaline van een spoedgeval
‘Mijn werkdagen zijn heel divers. Ik wissel bureauwerk af met opleidingen geven aan ambulanciers en verpleegkundigen, en mee met de ziekenwagen rijden. Ik ben niet meer elke dag bezig met medisch handelen, maar ervaring op het terrein blijft belangrijk. Eén keer per week doe ik een shift van twaalf uren waarin ik mee uitruk met elke ziekenwagen die vanuit de brandweerkazerne vertrekt. Daar kijk ik altijd naar uit, want zonder die shift zou ik het contact met patiënten en de adrenaline van een spoedgeval echt missen. Ook bij zware interventies buiten mijn shift kan het gebeuren dat ik mee in de ziekenwagen spring. Ik ben niet gemaakt om een hele dag achter de computer te zitten.’ (lacht)
Bijstaan en geruststellen
‘De interventies die we met onze ziekenwagen doen, zijn heel divers. We worden zowel opgeroepen voor studenten met alcoholintoxicatie als voor ouderen die thuis gevallen zijn. Zware interventies zijn een uitdaging omdat je al je kennis nog eens uit de kast kunt halen, maar ik haal evenveel voldoening uit een minder intense interventie waarbij je vooral bezig bent met mensen bijstaan, gerust stellen en eventueel pijnstilling geven. Voor bijvoorbeeld een bejaarde vrouw die haar heup gebroken heeft en naar het ziekenhuis gebracht moet worden, kan dat heel veel betekenen.’
‘We maken allemaal interventies mee die we nooit vergeten. Een kind reanimeren, dat blijft bij, net zoals zware verkeersongevallen. Het verdriet, de angst of de ontzetting van de familie raakt me elke keer opnieuw. Ik ben er ook van geschrokken hoeveel mensen er met psychische problemen rondlopen. Een jonge vrouw die voor zelfdoding kiest omdat ze het niet meer ziet zitten, ik vind dat heftig. Zoiets blijft soms nog dagen door mijn hoofd spoken. Mijn job helpt me om bepaalde problemen die ik zelf heb te relativeren. Als ik na een zware dag thuis kom in een rommelig huis, denk ik al snel: als het dat maar is.’
Voortdurend bijscholen
‘Ik stel mezelf regelmatig de vraag: doe ik mijn job nog graag? Het antwoord is overduidelijk ‘ja’. Elke avond kijk ik uit naar de volgende werkdag. Het enige lastige is dat ik mijn werk moeilijk kan loslaten. Vaak kruip ik ’s avonds nog achter de computer om mails te beantwoorden. Mijn vriend zit ook bij de brandweer en we hebben geen kinderen, dus voorlopig lukt het om me voor honderd procent op mijn job te storten. Ik volg ook vaak opleidingen, bijvoorbeeld om nog beter te kunnen handelen tijdens interventies met kinderen of andere specifieke doelgroepen. Dat is het fijne aan werken bij de brandweer: je krijgt hier veel mogelijkheden om bij te leren, zowel op medisch als op technisch vlak. Ik voel dat ik hier helemaal op mijn plaats zit. Wie weet word ik ooit wel brandweervrouw. Ik sluit niets uit.’ (lacht)