Acht jaar lang ging Emilie Kempenaers (35) voluit voor haar job bij Muntpunt, een bibliotheek en informatiecentrum in hartje Brussel. Nadat ze tijdens de pandemie in een dip belandde, gooide ze het roer helemaal om en startte een studie verpleegkunde.
‘Ik rond nu het tweede jaar af, dus daarna heb ik er nog twee te gaan’, vertelt ze. ‘Vooraf was ik bang dat het raar zou zijn om als oudere student tussen achttienjarigen te zitten. Dat bleek helemaal geen probleem, ook omdat ik niet de enige ben. Samen vormen we een hecht groepje, en ook met de jongeren klikt het goed. Wij spelen soms een soort moederrol, maar meestal staan we niet stil bij dat leeftijdsverschil. Ik ben in ieder geval blij en dankbaar dat ik die studies kan doen in deze fase van mijn leven.’
Weinig uitdagingen
‘Toen ik achttien was, heb ik een bachelor secundair onderwijs gehaald, maar voor de klas staan was niets voor mij. Ik ging aan de slag bij Muntpunt, waar ik veel verschillende taken kreeg: aan de balie zitten, rondleidingen geven, problemen oplossen, opleidingen organiseren, preventieadvies geven… Ik deed het enorm graag en kreeg veel appreciatie voor mijn inzet. Jammer genoeg werden de taken herverdeeld tijdens mijn bevallingsverlof, zodat ik nog maar weinig uitdagingen had. Toen ik tijdens de coronaperiode thuis zat met een peuter en een baby, ben ik gecrasht. Ook na corona vond ik geen voldoening meer in mijn werk, waardoor ik uiteindelijk op zoek ben gegaan naar iets anders.’
Kiezen voor de zorg
‘Ik had vroeger ook al interesse in de zorg. Ik dacht na over een opleiding tot ambulancier, maar ben er nooit aan begonnen. Nu sprak verpleegkunde me meer aan omdat het zo veelzijdig is, maar een voltijdse studie leek praktisch en financieel onhaalbaar. Gelukkig bood het nieuwe overheidsproject #kiesvoordezorg ondersteuning voor mensen die zoals ik uit een andere sector komen en alsnog kiezen voor de zorg. Ik werd geselecteerd, zodat ik nu voltijds kan studeren zonder veel loonverlies. In de zomermaanden moet ik wel gaan werken, maar tijdens het academiejaar hoef ik mijn studies niet te combineren met een job. Het eerste jaar vond ik toch moeilijk een evenwicht tussen studeren en gezin. Ik heb moeten leren om mijn grenzen af te bakenen. Intussen lukt dat beter. Soms ga ik buitenshuis studeren of gaat mijn partner met de kinderen op stap.’
Prestatiedruk
‘Ik ben nu een heel gemotiveerde student. Vroeger was ik tevreden als ik gewoon de helft van de punten haalde, maar nu leg ik de lat zo hoog mogelijk. Ik wil zoveel mogelijk leren en het maximum halen uit mijn opleiding. Die prestatiedruk zie ik ook bij mijn collega-zij-instromers. Ik móét ook telkens slagen als ik in het traject van #kiesvoordezorg wil blijven. Best stresserend. De steun van andere studenten helpt wel enorm; we zijn er voor elkaar en we delen indien nodig onze notities.’
Wennen aan de rol van stagiair
‘De studies op zich vind ik heel breed en interessant. Het enige wat mij moeilijk valt, is de rol van stagiair. Je zit daarbij in een ‘onderdanige’ positie: je wordt constant op de vingers gekeken en je krijgt commentaar over elke fout. Logisch allemaal, maar ik was vroeger bij Muntpunt zelf stagebegeleider en opleidingsverantwoordelijke. Daarom wringt het wat, maar dat is natuurlijk een tijdelijk probleem. Ik kijk er al naar uit om na mijn afstuderen een volwaardige collega van de andere verpleegkundigen te zijn en mijn eigen inbreng te kunnen geven. Die inbreng zal dan gevormd zijn door mijn ervaringen als stagiair én door mijn vorige werkervaring.’
Maturiteit en empathie
‘Mijn jaren in Brussel hebben mij in ieder geval inzichten en maturiteit gegeven waardoor ik nu een heel andere verpleegkundige kan zijn dan wanneer ik als twintiger gestart zou zijn. Ik durf bijvoorbeeld als stagiair gemakkelijker gesprekken aan te gaan en reageren op feedback. In mijn vorige job kwam ik in contact met heel veel verschillende mensen, ook met daklozen. Zo ben ik gegroeid in het empathisch luisteren naar anderen en zal ik niet snel over iemand oordelen. Ik vind het zeer belangrijk om ook als verpleegkundige geduld te hebben en begrip te tonen voor iedereen.’
Tekst: Klaar De Groote