Lieselot Schockaert (32) begon op latere leeftijd aan de opleiding verpleegkunde en studeert binnenkort af. In haar vorige job miste ze diepgaand menselijk contact. Die voldoening heeft ze nu wel.
‘Ik zit in het laatste jaar van de opleiding Verpleegkunde aan Odisee Campus Aalst. Nog één stage, dan ben ik afgestudeerd. Intussen weet ik dat ik de juiste keuze heb gemaakt. Je hebt als verpleegkundige vaak langdurig contact met patiënten en je kunt echt iets voor hen betekenen. Ook de wetenschappelijke kant vind ik heel boeiend.’
Sterk netwerk
‘Een tweede keer gaan studeren is niet altijd gemakkelijk. Het betekende vier jaar lang op mijn tanden bijten, zowel voor het studeren op zich als op financieel en praktisch gebied. Gelukkig krijg ik op alle fronten steun van mijn ouders. Een sterk netwerk is volgens mij onmisbaar voor zij-instromers. De shifts tijdens mijn stages zijn soms erg druk, maar je staat er nooit alleen voor. Het is belangrijk dat je terecht kunt bij collega’s, ook wanneer je het emotioneel zwaar hebt. De kunst is wel om bepaalde situaties los te laten, en dat kan ik gelukkig wel.’
Moeder als rolmodel
‘Zelfs met die werkdruk, als ik niet weet waar mijn hoofd staat en mijn voeten pijn doen, zou ik geen andere job meer willen. Ik ervaar het als een soort roeping. En het zit in de familie, want mijn moeder is ook verpleegkundige. Zij is voor mij een rolmodel en een bron van inspiratie. Toch heeft ze me nooit in deze richting geduwd. Integendeel, ze begreep niet waarom ik stopte met mijn werk als ergotherapeute, met die mooie vaste werktijden. Maar voor mij wegen de nadelen niet op tegen de voldoening die ik uit dit werk haal. Ik vind het een prachtig beroep. De shifts vind ik handig, want daardoor sta ik minder in de file en kan ik winkelen op rustige momenten.
Ik ben dus heel tevreden met de nieuwe fase in mijn beroepsleven. Voordien werkte ik als ergotherapeut, maar dat bleek uiteindelijk niet de juiste keuze voor mij. Ik houd ervan om met mensen bezig te zijn, maar als ergotherapeut is het contact met patiënten vluchtiger en vrijblijvender. Daardoor vond ik dat ik mensen niet de juiste hulp kon bieden.
Het lijkt achteraf absurd, maar wat ik dan wel moest doen, wist ik niet. Ik ging praten met een jobcoach om te ontdekken wat er wrong. We legden de puzzel en kwamen uit bij verpleegkunde. Ik heb me nu al vaak afgevraagd waarom ik niet meteen na de middelbare school voor die richting heb gekozen.’
Bang voor bloed
‘Als achttienjarige was ik waarschijnlijk bang voor de job en voor de confrontatie met menselijk lijden. Ik dacht zelfs dat ik het moeilijk zou hebben om bloed te zien of operaties mee te maken. Vandaag weet ik dat je daarin groeit. Toch twijfelde ik bij de start van mijn opleiding nog altijd, en was het afwachten tot mijn eerste stage om te zien wat het in de praktijk zou opleveren. Gelukkig bleek het allemaal niet zo’n probleem als ik had ik had gevreesd. Ik ben in ieder geval nog nooit flauwgevallen en op buitenlandse stage mocht ik assisteren bij operaties waarvan ik nooit had verwacht ze aan te kunnen. Ik ben ontzettend blij dat ik heb doorgezet. Telkens wanneer ik naar mijn stageplaats vertrek, ga ik met plezier. Een groot verschik met vroeger en het bewijst ook dat dit mijn richting is.’
Werken aan zelfredzaamheid
‘Spijt van die late carrièrewending heb ik niet, want als achttienjarige had ik deze studies misschien niet volgehouden. Mijn vorige werkervaring komt trouwens ook nog goed van pas. Door mijn achtergrond als ergotherapeut hecht ik veel belang aan de zelfredzaamheid van patiënten. Door hen zo weinig mogelijk uit handen te nemen, zijn ze sneller weer zelfstandig na hun opname. Ik kan hen ook corrigeren wanneer ze een loophulpmiddel gebruiken op een verkeerde manier. Dat heb ik allemaal geleerd in de ergo. Leuk om die twee ervaringen te combineren.’