Thuisverpleegkundige Tineke zoekt graag mee naar oplossingen voor haar patiënten. Ze laat zich niet snel ontmoedigen, mét resultaat.
Illustratie: Maureen Wattenbergh
‘Mevrouw slaapt in haar zetel. Mevrouw weigert ’s ochtends om zich te laten wassen. Mevrouw weigert propere kleding. Mevrouw wil de nachtkledij niet aantrekken. Het kost mevrouw bijzonder veel moeite om zich met de rollator naar het toilet te verplaatsen.’
De observaties in het elektronisch dossier stapelen zich op. De verpleegdiagnoses gaan van fysieke beperkingen en valrisico tot zorgen m.b.t. hygiëne en mobiliteit. ‘Is mevrouw geen kandidaat voor een opname?’, wordt tussen de regels door gefluisterd.
Ik ken mevrouw intussen ook een beetje. Als mobiele equipe worden wij normaal overal ingezet, maar op deze specifieke ronde is iemand langdurig ziek en ik word hier dus vaker ingeschakeld.
Ik observeer en sla de situatie een tijdje gade. Op een avond loop ik de dochter tegen het lijf. Ik knoop een gesprek aan, om een beter beeld te kunnen vormen van de situatie.
Ik besluit om het team even te bevragen en plan een patiëntenbespreking. Ik moet die dag uiteindelijk niet werken, maar ik maak even tijd om er toch te kunnen bij zijn.
Ik ervaar wat tegenkanting en ook enige reserves. Blijkbaar werd in het verleden al eens gepoogd om bepaalde zaken te bespreken met de dochter, maar zonder resultaat.