Geroddel, oogrollende collega’s als je iets vertelt of structureel niet meegevraagd worden voor de koffie. Als je het zwarte schaap bent in je team, kan dat je werkplezier grondig bederven. Pesten op de werkvloer kan daarnaast prestaties verminderen en zo de kwaliteit van zorg in gevaar brengen.
Ze merkte het eigenlijk al op haar allereerste werkdag op de afdeling. Een van haar nieuwe collega’s keek haar niet aan en stelde zich niet voor. Eva (29) liet zich niet uit het veld slaan, en begon enthousiast aan haar nieuwe baan. Ze toonde initiatief en bracht nieuwe ideeën in. Maar al gauw merkte ze dat het team dat niet waardeerde. ‘Die ene collega zei tegen me dat ik moest ‘dimmen’.
Roddelen
Later hoorde ik van mijn leidinggevende dat die collega bij haar was geweest met de vraag wat ik ‘in godsnaam’ voor iemand was. Waarop ze had geantwoord dat ze zelf maar met mij in gesprek moest gaan. Dat heeft ze nooit gedaan, ik hoorde haar kletsen achter mijn rug om.
‘Ik was zo onzeker door al het geroddel, dat ik de hele dag doodzenuwachtig was’
Op een gegeven moment was ik zo onzeker door al het geroddel, dat ik de hele dag doodzenuwachtig was. Een keer maakte ik bijna een medicatiefout, omdat ik niet meer helder kon denken. Uitgerekend die ene collega deed de controle. Vanaf dat moment was het hek van de dam, ze had nog meer munitie om mij zwart te maken.’
Intimideren
Siska (57) kwam vorig jaar als leerling hbo-v in een team terecht waar een vrouwonvriendelijke cultuur heerste. ‘Er was een kleine dominante – vooral mannelijke – minderheid die de vrouwen in het team intimiderend en bedreigend bejegende. Seksistisch taalgebruik was heel normaal.
Vrouwelijke collega’s – verpleegkundigen, maar ook coassistenten, teamleiders, behandelaars – en zelfs vrouwelijke patiënten werden beoordeeld op hun uiterlijk of – bij de jonge vrouwen – hun seksualiteit. Oudere vrouwen werden juist weer belachelijk gemaakt vanwege hun uiterlijk dat niet meer voldeed aan de schoonheidsidealen van slank en rimpelloos.’ Siska voelde zich er ongemakkelijk en onveilig bij, ondanks haar leeftijd en ervaring.
‘Ik sprak me er regelmatig tegen uit, maar omdat ik in opleiding was werd ik niet door iedereen als een gelijkwaardige gesprekspartner beschouwd. Negeren lukte niet. Weglopen kon niet, want ik wilde de stage halen.’
Cijfers over pesten in de verpleging
Dat de ervaringen van Eva en Siska niet op zichzelf staan, blijkt uit onderzoek van vermogensbeheerder PGGM in opdracht van het ministerie van VWS dat in april 2021 verscheen.1 Daaruit bleek dat 12% van de zorgmedewerkers het afgelopen jaar te maken had met verbale agressie, 6% met discriminatie en 18% met pesten.
Met name zorgmedewerkers in de umc’s kregen het te verduren2; daar had ruim een derde te maken met agressie en pestgedrag door collega’s en leidinggevenden. Hierbij ging het om bedreiging, (seksuele) intimidatie, discriminatie, verbale en fysieke agressie en pesten.
‘Pesten in de verpleging is helaas nog altijd een belangrijk topic,’ beaamt Elise Merlijn van FNV Zorg & Welzijn. De vakbond is geschrokken van de uitkomsten van het PGGM-onderzoek, maar nieuw zijn ze niet. ‘Dat de maatschappij verhardt en er steeds agressiever op zorgmedewerkers wordt gereageerd, is helaas een trend die we al jaren zien’, aldus Merlijn. ‘Dat 26% van de medewerkers intimidatie en agressie ervaart van leidinggevenden of collega’s, daar schrik ik van.
En dat in een sector waar personeelstekort en werkdruk al zo hoog zijn. De nadruk van het PGGM-rapport ligt nu vooral op weerbaarheidstrainingen en voorlichting van medewerkers, maar wij vinden dat de werkgever hier ook een grote rol in speelt en interne agressie aan moet pakken,’ aldus Merlijn.3 Werkgeversorganisatie NFU doet momenteel onderzoek naar het veelvuldig voorkomen van agressie, intimidatie en pestgedrag onder medewerkers en leidinggevenden binnen umc’s.
Subjectieve beleving
Gezondheidspsycholoog en klinisch psycholoog Huub Buijssen denkt dat veel organisaties niet op de hoogte zijn van pestgedrag binnen hun muren, omdat het vaak niet als zodanig wordt herkend en gemeld. Buijssen begeleidde heel wat verpleegkundigen na een traumatische ervaring op de werkvloer.
‘Je eigenwaarde (‘Ik tel mee, ik mag er zijn’) is het meest kostbare dat je hebt, dat wordt door pesten weggenomen’
Ook was hij in het verleden betrokken als adviseur bij het opstellen van een anti-pestbeleid in het voormalige Vlietland Ziekenhuis in Schiedam (waarover later meer) en zag hij in zijn eerdere carrières als leidinggevende en vertrouwenspersoon regelmatig hoe medewerkers gebukt gingen onder het gedrag van sommige collega’s.
‘Dat het niet altijd wordt herkend, komt deels doordat het de gepeste is die de impact van ongewenst gedrag bepaalt en niet zijn omgeving. Het gaat dus om de subjectieve beleving. Als de pester het vervolgens nergens meldt, hebben collega’s vaak niet eens door dát ze pesten.’
Wat is pesten?
Ook het woord ‘pesten’ geeft nog wel eens een verkeerde indruk, denkt Buijssen. ‘Bij pesten wordt vaak gedacht aan opvallend gewelddadig gedrag: schelden, slaan, schoppen, iemands jas stelen, et cetera. Maar pesten is bijna nooit fysiek of heel opvallend, het gebeurt juist heel subtiel.
Warm welkom voor nieuwe collega’s
Hoe zorg je voor een veilige werkomgeving voor nieuwe collega’s en een gezonde afdelingscultuur? Hier vind je tips voor het begeleiden en inwerken van nieuwe collega’s.
Een continue stroom van speldenprikjes.’ Psychologische oorlogsvoering dus, zoals iemand nooit goedemorgen zeggen, niet feliciteren met z’n verjaardag, met de hele groep gaan lunchen zonder die ene collega mee te vragen, iemand geen verlof geven (of niet willen ruilen) op een voor haar belangrijke dag, niet luisteren als iemand iets zegt in een vergadering, iemand overslaan met koffie inschenken, en ga maar door.
‘Daarbij komt nog dat de gepeste heel vaak met zijn problemen blijft rondlopen en uit schaamte niet naar een leidinggevende gaat. En natuurlijk al helemáál niet als de leidinggevende degene is die het pesten veroorzaakt,’ aldus Buijssen.
Afwijken van de norm
Maar kan iedereen het doelwit worden van pesten? Feit is dat de kans op pesterijen stijgt als je op de een of andere manier kwetsbaar bent. Jonge verpleegkundigen en nieuwelingen moeten zich vaak ‘invechten’ in een team dat al jaren in dezelfde samenstelling opereert.

Ze worden neerbuigend bekeken, krijgen rotklusjes en de slechtste roosters.4 ‘Ook ben je kwetsbaar als je je niet wilt of kunt aanpassen aan normen of de gezagsverhouding binnen een groep,’ legt Huub Buijssen verder uit. ‘Als je bijvoorbeeld iemand bent die – om wat voor reden dan ook – moeite heeft met het tempo op de hectische verpleegafdeling. Of omdat je vaak vroeg weg moet, terwijl de rest altijd overwerkt.
Of juist bijzonder ijverig werkt op een afdeling waar de norm geldt dat je vooral niet te hard moet werken. Maar de grote gemene deler van iedereen die gepest wordt, is het afwijken van de norm. Je bent op de een of andere manier anders dan de rest, of je dat nou bewust doet of niet.’ En dat afwijken zit ‘m soms in heel kleine dingen: het kan zijn dat je beter bent opgeleid. Een bijzonder uiterlijk hebt. Of vegan bent terwijl de rest altijd luncht met kroketten.
Hiërarchie
De verpleegkundigen die zijn geïnterviewd voor dit artikel, kunnen zich wel vinden in het verhaal van Buijssen. Wat Siska meemaakte, was voor haar niet nieuw. In de 35 jaar dat ze werkzaam is in de zorg, in wijk, kraamzorg en ziekenhuizen, kwam ze regelmatig grensoverschrijdend gedrag tegen richting – vaak jonge – vrouwen. ‘En echt niet alleen door mannen.
Net zo goed door vrouwelijke, vaak oudere, collega’s. Toen ik jong was waren jonge vrouwen in de meerderheid met vaak 1 krengerige hoofdzuster. Inmiddels zitten in teams vaak wel 5 of 6 vaak oudere vrouwen die overal commentaar op hebben. Het is nog steeds verdomd moeilijk om als bijvoorbeeld mooie vrolijke jonge vrouw echt serieus genomen te worden.’
‘Ik snap inmiddels wel dat veel jonge vrouwen die een zorgdiploma halen binnen 2 jaar afhaken’
Huub Buijssen denkt dat vrouwen zich onderling sneller met elkaar vergelijken, ze vinden het oordeel van de groep veel belangrijker dan mannen. ‘Onbewust vragen vrouwen zich altijd af hoe ze ervoor staan in de race. Dat kan pestgedrag in de hand werken.’
Buijssen denkt dat pesten in de zorg ook veel voorkomt, omdat de hiërarchie daar zo belangrijk is. Zo ontstaan vaak problemen als er een nieuwe zorgcoördinator of een regieverpleegkundige bijkomt. Een hoger opgeleid iemand die de anderen als bedreigend ervaren. ‘Zo iemand is misschien bang dat de nieuweling haar positie in gevaar brengt. Voor gelijkwaardige collega’s kan dat meevallen, maar als leidinggevende heb je helaas de macht in handen om diegene eruit te werken.’
Gevolgen van pesten
Hoe dan ook: gepest worden, nu of in het verleden, heeft vaak een enorme impact op iemands leven. Uit onderzoek blijkt dat gepeste mensen jaren na het pesten mentaal minder weerbaar zijn en dat zij sociaal minder functioneren dan niet gepeste mensen.5
Buijssen: ‘De gevolgen van pesten zijn vergelijkbaar met PTSS, posttraumatische stressstoornis. Je moet je voorstellen dat de gepeste vaak elke dag, de hele dag bezig is zich geestelijk voor te bereiden op de volgende ‘aanval’. Die onvoorspelbaarheid (‘Wat hangt er vanmiddag weer boven mijn hoofd, en morgen?’) maakt haar steeds onzekerder.
Door het pesten word je bovendien buiten de groep geplaatst. Je eigenwaarde (‘Ik ben iemand, ik tel mee, ik mag er zijn’) is het meest kostbare dat je hebt, dat wordt door pesten weggenomen.’
Wat als je collega wordt gepest?
Wat kun je doen als je ziet dat je collega wordt gepest? ‘Het mooiste is wanneer je de pester durft aan te spreken op haar gedrag´, zegt Edith Verkade, kinderverpleegkundige en vertrouwenspersoon in het Franciscus Gasthuis & Vlietland in Rotterdam. ´Want hoe langer het pesten aanhoudt, hoe groter de gevolgen voor het slachtoffer.’
Je kunt eerst aftasten bij je gepeste collega hoe deze erin staat. Daarmee geef je het gevoel er te zijn voor de ander waardoor deze zich sterker voelt. Betrek diegene zoveel mogelijk bij groepsactiviteiten, zoals samen lunchen en teamuitjes. Om het gesprek op gang te brengen kun je bijvoorbeeld vragen: ‘Ik heb het gevoel dat je niet lekker in je vel zit, klopt dat? Heeft dat te maken met hoe mensen in het team met je omgaan?’
Samen zou je op de pester kunnen afstappen en vertellen wat het gedrag met de persoon doet. Wellicht beseft de pester niet dat haar ‘grapjes’ anders overkomen en dat de gepeste zich gekwetst voelt. Neem je gepeste collega serieus, bied een luisterend oor en zoek samen naar een oplossing.
Vraag wat de ander al heeft ondernomen en wat zij nodig heeft. Kom je er niet uit, stap dan samen naar de leidinggevende of – als deze het niet serieus neemt of juist de pester is – naar de vertrouwenspersoon of bedrijfsmaatschappelijk werk. Zij behandelen je informatie vertrouwelijk en kunnen weerbaarheidstips geven. Die kunnen soms al voldoende zijn om het slachtoffer verder te helpen.’
Sociale steun
Maar er is iets aan te doen. ‘De gevolgen van pesten kunnen worden beperkt als de gepeste in de periode van het pesten voldoende sociale steun ervaart, bijvoorbeeld van collega’s, leidinggevende of vertrouwenspersoon (zie ook kader ‘Wat als je collega wordt gepest?’), en als ze de regie over haar leven terugkrijgt,’ aldus Edith Verkade.
Zij is kinderverpleegkundige en vertrouwenspersoon in het Franciscus Gasthuis & Vlietland, naar eigen zeggen het eerste ziekenhuis in Nederland dat 7 jaar geleden een specifiek beleid lanceerde om pesten op de werkvloer tegen te gaan: ‘Aanpak Pesten, terug naar Respect’.
‘We krijgen regelmatig meldingen binnen over agressie en pesten, door met name leidinggevenden’
‘Pesten heeft immers niet alleen invloed op het geluk van de gepeste, maar kan ook de kwaliteit van het werk verminderen, door verminderde motivatie, concentratie- of geheugenverlies. Pesten heeft daarmee een direct negatieve invloed op het presteren van de medewerker, dus indirect ook op de prestatie van het team als geheel, en daarmee op de kwaliteit van zorg.’
Anti-pestbeleid
Het Franciscus Gasthuis & Vlietland Rotterdam werkt met de zogenaamde No Blame Approach, een anti-pestmethode die het pesten voor de gepeste, of haar collega, laagdrempelig bespreekbaar maakt. Signaleerders kunnen pestgedrag melden zonder zelf ‘bekend’ te worden en er wordt niet direct een schuldige aangewezen. Hiermee heeft de pester de mogelijkheid om haar gedrag te corrigeren. Lukt dat niet, dan kan de leidinggevende alsnog sancties treffen.

´De gepeste moet het gevoel krijgen dat we er als ziekenhuis alles aan doen om het pesten te stoppen,´ aldus Verkade. ´Zoek hulp en blijf er niet mee rondlopen. Pas dan kunnen we er iets aan doen.´
Onderdeel van het beleid is dat alle leidinggevenden de training ‘Pesten, terug naar respect’ kunnen volgen. Want, zegt ook Verkade: ‘Pas als je wéét wat pesten is, kun je het signaleren. Pesten is soms ongrijpbaar, mensen zeggen ‘dat komt bij ons niet voor’.
Maar na de training horen we vaak van mensen dat ze het toch wel herkennen, en dat ze zich niet bewust waren dat bepaalde zaken als pesten wordt beschouwd.’ In het Franciscus Gasthuis & Vlietland is men blij met de aanpak: ‘We hebben een aantal situaties goed kunnen oplossen.’
Het niet gemakkelijk om het pesten definitief te stoppen, zegt ook Huub Buijssen: ‘Mensen komen er niet snel mee voor de draad, schamen zich ervoor en daardoor is het pesten soms al te lang gaande om het toch nog aan te pakken. Vaak is overplaatsing naar een andere afdeling de enige oplossing.’
Zorgen
Met Eva en Siska kwam het gelukkig goed. Eva werkt nu ergens anders waar ze het naar haar zin heeft, en Siska heeft haar stage gehaald. Laatstgenoemde maakt zich wel zorgen om haar (toekomstige) collega’s. ‘Ik ben ervaren en weerbaar. En zelfs mij bracht het van mijn stuk.
‘De grote gemene deler bij iedereen die gepest wordt, is het afwijken van de norm’
Maar wat doet een pestcultuur met jongere en/of minder assertieve vrouwen? Zij denken misschien dat ze zelf de oorzaak zijn. Of niet geschikt voor het vak. Ik snap inmiddels wel dat veel jonge vrouwen die een zorgdiploma halen binnen 2 jaar afhaken. Op dit gebied is het al heel snel onveilig in de zorg en dat wordt verborgen gehouden. Er moet nog veel gebeuren, wil er een veilig werkklimaat komen voor jonge vrouwen.’
Noten
2 Veel agressie en pestgedrag tussen medewerkers umc’s, Skipr.nl, 14 april 2021.
3 Gebruik subsidie VWS voor aanpak interne agressie op de werkvloer, persbericht FNV, 14 april 2021.
4 Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (TNO/CBS) 2013.
5 Aanpak Pesten, terug naar Respect, Vlietland Ziekenhuis, Arbo preventie, juli 2013.
7 vormen van pesten op het werk
1 Het nemen van organisatorische maatregelen. Zoals het opleggen van zinloze taken, helemaal geen taken meer opdragen of altijd dezelfde persoon opzadelen met vervelende diensten.
2 Sociale isolatie. Bijvoorbeeld weigeren tegen het slachtoffer te praten of niet te luisteren als het slachtoffer iets zegt. Ook: mensen structureel niet uitnodigen voor overleg, of belangrijke e-mailtjes niet sturen.
3 Inbreuk maken op de persoonlijke ruimte van het slachtoffer door haar te imiteren in uiterlijk, gedrag of stem, of door grapjes te maken over het privéleven.
4 Verbale agressie, zoals schreeuwen of vloeken tegen het slachtoffer, constant het werk van het slachtoffer bekritiseren zonder dat dit constructief is.
5 Roddelen.
6 Fysieke agressie, zoals ongewenst aanraken of matig gebruik van geweld.
7 Digitaal pesten, bijvoorbeeld via social media.