Hoog tijd dat verpleegkundigen van zich laten horen, vindt Filip Haegdorens. Na een carrière als spoedverpleegkundige werd hij universitair onderzoeker en docent. Zijn bevlogenheid deelt hij nu ook in zijn blogs voor Nursing. Een kennismaking.
Filip Haegdorens (34) werkt als postdoctoraal onderzoeker aan de Universiteit Antwerpen binnen de vakgroep verpleeg- en vroedkunde, en is ook coördinator van het interprofessioneel vaardighedencentrum binnen de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen.
Hoe kreeg de microbe voor verpleegkunde je te pakken?
‘Mijn moeder is ook verpleegkundige, en hoewel ze me het afraadde, wist ik al snel dat ik toch die weg zou inslaan. Als jobstudent werkte ik in woonzorgcentra en kreeg ik de smaak voor de zorgsector te pakken. Een job in de urgentieverpleegkunde trok me erg aan. Je kunt er kort op de bal spelen, en dat past goed bij mijn persoonlijkheid.’
Zo gezegd, zo gedaan?
‘Na mijn bacheloropleiding in Leuven heb ik dan een BaNaBa spoedgevallen-intensieve zorgen gedaan en ben ik uiteindelijk bij de spoeddienst van een Antwerps ziekenhuis gestart. Terwijl ik in de zorg werkte, volgde ik een masteropleiding Science, Nursing and Health Care aan de UAntwerpen.’
Toen volgde er ook een doctoraat?
‘Ja, over het implementeren van een Rapid Response System. Dat biedt tools om patiënten die langzaam achteruitgaan tijdig te kunnen ondervangen en als verpleegkundige of arts in te kunnen grijpen. De verpleegkundige is essentieel voor de veiligheid van de patiënt, dat wijst mijn doctoraatsonderzoek onder andere ook uit. Verpleegkundigen weten vaak heel goed met wat ze bezig zijn en waarom ze dingen doen of niet doen. Ik probeerde de collega’s hierin te empoweren tijdens mijn onderzoek.’
Die empowerment is een van je stokstaartjes, wat versta je daar precies onder?
‘Verpleegkundigen nemen een enorme verantwoordelijkheid op en worden daar onvoldoende in erkend. Ze zijn een cruciale schakel in de zorg, maar worden makkelijk over het hoofd worden gezien door de maatschappij, zorgorganisaties en zelfs soms door collega’s.’