
Het is zondag. Morgen moet ik vroeg opstaan om weer in het ziekenhuis aan de slag te gaan. De onrust in mijn hoofd begint al aan het begin van mijn vrije dag.
‘Heb ik voldoende aan mijn leerdoelen gewerkt? Wat voor patiënten zal ik krijgen? Zullen er onverwachte dingen gebeuren?’
Naarmate de dag vordert begint het steeds meer in mijn hoofd te malen. ’s Avonds bereikt het zijn hoogtepunt. Het lukt niet om het piekeren te stoppen; probeer dan maar eens in slaap te komen. En de wekker gaat straks alweer zo vroeg.
Uiteraard zou ik het liefst zonder zorgen naar mijn stage gaan. Alleen lukt dit vaak niet. Andere studenten hoor ik hier niet over. Ik begin aan mijzelf te twijfelen. Hoor ik mij wel zo te voelen?
Maar dan zie ik een filmpje over pre-shift anxiety. Ik herken mij volledig in het verhaal van de Amerikaanse verpleegkundige. Pre-shift anxiety is kort gezegd de angst die je hebt voor aanvang van je dienst. Het komt vooral voor in het verpleegkundig en medisch vakgebied, omdat het beroepen zijn met veel verantwoordelijkheden. Eén fout kan al grote gevolgen hebben voor je patiënt.
Ik besluit dat dit een mooi onderwerp is voor een onderzoeksopdracht op school. Omdat er (helaas) geen data zijn over dit onderwerp houd ik een enquête onder mijn collega-studenten. Tot mijn verbazing blijkt dat bijna 90 procent van de 30 geïnterviewde studenten dit ook ervaart. Een student zocht zelfs professionele hulp bij de psycholoog vanwege deze angst. Een logische vervolgvraag is: hoe krijg ik minder last van pre-shift anxiety? Aan de hand van de studentenenquête en literatuuronderzoek over angst en stress kwamen er wat tips naar voren. Zo kun je ademhalingsoefeningen doen. Uit onderzoek blijkt dat deze oefeningen een positief effect hebben op emotiecontrole en psychisch welzijn. Dankzij de oefeningen doorbreek je een patroon van stress. Een andere remedie is mindfulness. Met deze methode richt je je op dingen die zich in het nu afspelen, waardoor piekeren over wat kan gebeuren wordt vermeden. Ook sporten en slapen zouden stressverlagend kunnen werken. Deze rust en beweging helpen bij het herstel van zenuwcellen in de hersenen die betrokken zijn bij stress. Op dit moment ervaar ik veel minder pre-shift anxiety. Op sommige dagen iets meer en soms helemaal niet. Wat heeft mij uiteindelijk geholpen? Ten eerste de erkenning dat het een probleem is dat veel andere verpleegkundigen ook ervaren. Daarnaast leg ik meer prioriteit bij mijzelf. Daar waar ik vroeger nog allerlei sociale activiteiten in mijn drukke agenda probeerde te proppen, kies ik nu voor meer rust. Daardoor ben ik beter balans. Het is belangrijk dat verpleegkundigen en studenten verpleegkunde weten dat pre-shift anxiety bestaat. Hopelijk kunnen we elkaar dan beter steunen. Er zou ook onderzoek naar dit fenomeen gedaan moeten worden. Want met meer kennis hierover kun je collega’s beter ondersteunen, krijgen ze meer grip op de situatie én meer werkplezier. Niet onbelangrijk voor het behoud van verpleegkundigen! Herken jij mijn verhaal? Zo ja, hoe ga jij hiermee om? Reageer dan hieronder.